Stedentrip naar Lissabon in februari? Doen!
Sommige steden vervelen nooit en blijven je verrassen. Zo’n stad is Lissabon. Een paar jaar geleden bezocht ik de Portugese hoofdstad voor het eerst. Dit keer ontdek ik Lisboa in hartje winter. In deze blog vertel ik je waarom een stedentrip naar Lissabon in februari zo’n goed idee is.
Zonnestralen vangen
Het felle zonlicht priemt in mijn ogen als ik uit het vliegtuig stap. Zo’n drie uur geleden stond ik nog in het ijskoude Nederland. Nu voel ik een aangename warmte op mijn huid. Zelfs halverwege februari tikt de thermometer in Lissabon al 20 graden aan. De zonnebril gaat op, de jas uit. Als we onze bagage hebben gedropt in het hotel, willen we maar één ding. Het terras op, de zon in! De vriendelijke eigenaar van Bebedouro laat ons van alles proeven. We kiezen voor een glas rode wijn uit Douro met een fijne selectie schapenkaasjes, hammen en olijven. Hier wordt een mens toch gelukkig van? Na een heerlijk begin van onze citytrip wandelen we richting het Praça do Comércio. Een straatmuzikant speelt romantische klanken op zijn gitaar, locals komen er samen na een lange werkdag, toeristen schieten selfies met de okergele parlementsgebouwen als achtergrond. Het water van de Taag glinstert in het zonlicht. In de verte zien we de Ponte 25 de Abril, zo’n zelfde exemplaar als de Golden Gate Bridge in San Francisco. Het enorme Christusbeeld Cristo Rei, het kleine broertje van Rio de Janeiro, lijkt Lissabon te omarmen. En dat begrijp ik wel. Wat is het een gemoedelijke, warme stad!
Feest op je bord
Getipt door een behulpzame local – Lissabonezen zijn sowieso ontzettend vriendelijk en spreken goed Engels – gaan we eten bij Taberna da Rua das Flores. Althans, we doen een poging want het kleine restaurant met circa tien tafels is populair en volgeboekt. Als we aankomen, staan er mensen voor de deur te wachten. Onze naam wordt op een lijst gezet en als we na een uur terugkomen, is er een tafeltje voor ons vrij. Het is het wachten meer dan waard. De inrichting van Floras is eenvoudig, de menukaart verrukkelijk! Hier proef je lokale gerechten om te delen. We kiezen voor gegrilde groenten, corvina met zeewier en kalfssteak. Als toetje panna cotta met basilicum, amandelen en karamelsaus. Nu ik dit schrijf loopt het water me weer in de mond…
Dwalen door de stad
Na een goed ontbijt de volgende dag stappen we bij Praça do Comércio op een van de iconische trams. Krakend en piepend trotseert het gele trammetje de heuvelige stad. We rijden door loeismalle straatjes, passeren majestueuze kerken, gekleurde huizen versierd met duizenden azulejos. Een ritje met de tram geeft een goede indruk en je kunt eenvoudig in- en uitstappen om meer van de stad te zien. Een van die plekken is Miradouro das Portas do Sol. Hier krijg je een fenomenaal uitzicht over de kronkelstraatjes en steegjes van Alfama, de oudste wijk van Lissabon. Even verderop ligt nog een uitkijkpunt. Miradouro de Santa Luzia is een romantisch terras met een lieflijk parkje. We stoppen er even om in het zonnetje te genieten van het uitzicht over de Taag.
Serenade
Liefde gaat door de maag dus een goede lunch mag niet ontbreken. Bij Le Petit Cafe worden we niet alleen verrast met een overheerlijke octopussalade. Een singer-songwriter speelt prachtige bekende nummers en ook zijn eigen repertoire – zowel in het Portugees als Engels – is indrukwekkend. We pinken een traantje weg als Danny Menezes (check zijn muziek via YouTube of Spotify) op ons verzoek Shape of my Heart van Sting speelt. Een cadeautje!
Royaal uitzicht
Verrukt en voldaan na deze bijzondere lunch wandelen we naar Castelo de São Jorge, op de top van de hoogste heuvel. Het oudste kasteel van Lissabon is een van de meest bekende en beminde plekken van de stad, zowel onder toeristen als locals. En dat begrijp ik maar al te goed! Niet alleen de ruïne in het groen is sprookjesachtig mooi en perfect als historische filmset. Vanaf de top op 110 meter hoogte krijg je een adembenemend uitzicht over Lissabon. We bestellen een glas bubbels bij de enige (mini)bar op wielen en nestelen ons in een van de zitjes van de robuuste kasteelmuren. Badend in het gouden licht van de ondergaande zon proosten we op het leven.
Meer tips voor een onvergetelijke stedentrip naar Lissabon in februari
- Je citytrip Lissabon is niet compleet zonder een ritje met tram 28. Maar de kans is vrij groot dat je in een overvolle tram stapt. Not so nice. Mijn tip: neem tram 25 en stap uit bij het eindstation Cemitério dos Prazeres. Dit is het beginpunt van tram 28 en omdat het er rustig is, scoor je hier wél een zitplaats. Een 24 uurs ticket kost 6 euro en koop je bij het metrostation. Een kaartje trekken in de tram kan ook, maar is een stuk duurder.
- Wie meer wil weten over de tijd van de ontdekkingsreizen, de belangrijkste periode uit de geschiedenis van Portugal, mag Belém niet missen. Hier vind je musea en de bekendste monumenten van Lissabon, het klooster Mosteiro dos Jerónimos en de Torre de Belém. Ook het beroemde monument Padrão dos Descobrimentos laat je ervaren hoe groots de ontdekkingsreizen waren. Overigens is het heerlijk om in Belém langs het water te dwalen.
- Bairro Alto (‘de bovenstad’) is bekend vanwege de kunstzinnige boetiekjes, leuke restaurantjes en het nachtleven. Hier kun je tot in de late uurtjes in een van de kleine bars een cocktail scoren. Die je overigens net als de locals buiten op straat uit een plastic beker drinkt. Zelfs in februari! Bij A Aldeia in Bairro krijg je goed en typisch Portugees eten voorgeschoteld.
- Als we het dan toch over Portugese specialiteiten hebben… Probeer de pastel de bacalhau (kabeljauwpasteitjes met kaas), sardientjes en de beroemde pastéis de nata. De originele gebakjes eet je bij Pastéis de Belém, het bakkertje dat je herkent aan de lange wachtrij voor de deur. Ze smaken er goed, maar even tussen ons: op meer plekken in de stad zijn verrukkelijke pastéis de nata te vinden.
- We sliepen bij My Story Hotel Ouro, hartje centrum. Een aanrader! Zowel qua locatie, de fijne kamer met balkon, het uitgebreide ontbijt, de goede avondkaart en supervriendelijke staff. Opvallend detail: overal in het pand hangt een zoete vanillegeur. Dat is lekker wakker worden!
*Bron: Deze reis is mede mogelijk gemaakt door My Story Hotel Ouro.